Veerkracht en tegenslag
Bij weerstand ontstaat kracht
Het leven
“We zijn nou eenmaal geen achttien meer.”, zei mijn meditatieleraar tijdens een van mijn opleidingen. Wat hij bedoelde, was dat het leven gepaard gaat met lijden, tegenslag, teleurstellingen, rouw, verdriet, pijn, ziekte en kapotte dromen. Hoe ouder we worden, hoe groter de kans dat we hiermee te maken krijgen.
Aanboren van onontgonnen grond
Wanneer je met tegenslag te maken krijgt, wordt je misschien eerst teruggeworpen in allerlei emoties. Je zit in de put, je wilt je het liefst verstoppen of je gaat juist volle kracht vooruit, in een overdrive. Allerlei mogelijk (stress)reacties op tegenslag.
Gaandeweg zal je misschien nieuwe dingen ondernemen en zo zelfs nieuwe vaardigheden ontwikkelen, nieuwe mensen leren kennen.
You only know how strong you are until you have to be strong. (Bob Marley)
Vooraf een wekelijks online terugkeermoment met mensen met Niet-Aangeboren hersenletsel stelde ik de vraag: “wat heeft je hersenletsel je gebracht?”
In eerste instantie zeiden deelnemers verbaasd te zijn van deze vraag, want hersenletsel betekent vaak verlies en (tijdelijk) afscheid nemen van wat niet lukt.
Uiteindelijk bleek dat in de hersteltrajecten nieuwe contacten en vriendschappen waren ontstaan, mensen meer tijd besteedden aan hobby’s en nieuwe activiteiten hadden ondernomen. Mensen zijn gaan wandelen, fotograferen, (weer) gaan schilderen of naar yoga en sportlessen gegaan.
Een mooie verzameling van opbrengsten na het oplopen van hersenletsel.
En niet dat je alle tegenslag maar moet omdenken of weg moet poetsen met iets positiefs. We zijn van nature gewoon geneigd te letten op het gevaar en onthouden daarom vaak vooral het negatieve in plaats van de voedende dingen.
Van dag tot dag
Ik kreeg deze week weer een aanmelding voor de retraitedag voor mensen met NAH. De deelnemer vertelde mij dat ze zich af en toe erg eenzaam voelt. Onbegrepen door haar omgeving. Stoeiend met de uitdagingen van iedere dag zoals mensen met NAH zullen herkennen.
Het gaf bij mij weer de urgentie aan van het organiseren van zo’n dag. Want mensen met NAH zijn super sterk, zetten door, zijn dagelijks hard aan het oefenen om te herstellen of ‘gewoon’ hard aan het werk om de dag door te komen.
’s Avonds nog met de laatste energie te kunnen koken of met compassie te kunnen zeggen: jongens het lukt mij vanavond niet. Want zo kan het gaan, het kan een gevoel van falen geven. Iets is niet gelukt, iets wat je belangrijk vindt of altijd met gemak graag hebt gedaan.
Dat valt op zo’n moment vies tegen en is een teleurstelling. De kunst is de dag erop weer met goede moed de dag in te kijken en nieuwsgierig te blijven naar wat wél kan.